Stoelinga: “Wethouders vervreemden van burgers”

Portretfotos-AmersfoortKiest-Remko-Schotsman

Jeugdherinneringen

Op de poortboog tussen de twee torentjes van de Monnikendam zie je geregeld toeristen en stadsgenoten vol bewondering turen naar de mooie diepe achtertuinen van de huizen aan de Zuidsingel, de kloostertuin van de Agnietenhove, het Huis met de Paarse Ruitjes en natuurlijk de Onze Lieve Vrouwetoren. Zo niet Ben Stoelinga, fractievoorzitter van Amersfoort 2014. Hij kijkt, misschien wel typerend voor zijn politieke visie, precies de andere kant op.

Als ik hem bij de middeleeuwse waterpoort begroet staat hij mijmerend te kijken naar de buurt Bekenstein en De Luiaard. Hij wijst naar de huizen aan de andere kant van de Stadsring. “Ik woonde aan de Bisschopsweg en groeide op in deze buurt. Als kleine jongen probeerde ik met mijn vriendjes via de Heiligenbergerbeek het toenmalige openluchtbad (Pesies bad) binnen te glippen. Toen was de Stadsring nog een gracht en speelden we op het grasveld hieronder.” Stoelinga wijst naar het smalle reepje groen dat nu als Plantsoen Oost tussen de vier banen asfalt en dit icoon van de rond 1840 grotendeels afgebroken tweede stadsmuur van Amersfoort ligt ingeklemd.

Portret Ben Stoelinga copyright Remko Schotsman portretteert politici AmersfoortKiest

Ben Stoelinga (Amersfoort2014) – foto: ©Remko Schotsman

“Ik herinner me nog dat de Stadsring geasfalteerd werd, maar nog niet in gebruik was, dat was ten tijde van Amersfoort 700 jaar (1959). Er stond ter gelegenheid van het stadsfeest een enorme kermis, al die lichtjes en die geluiden, dat heeft als kind veel indruk op me gemaakt.

“Kijk nou toch, het is hier toch prachtig?”

Toen ik nog docent was in Leusden nam ik elk jaar mijn leerlingen mee voor een stadswandeling door Amersfoort, het liefst op maandagmorgen, als alle winkels nog dicht waren zodat we ongestoord konden genieten van de historische binnenstad. Natuurlijk nam ik ze ook mee hier naar toe, mijn favoriete plek in de stad. Kijk nou toch, het is hier toch prachtig?”

Eigen mening mag, moet zelfs

We gaan bij Buuf in de Serre op het terras zitten en bestellen koffie en thee. Stoelinga staat bekend als een kritisch politicus. Op de dag dat ik hem spreek, haalde hij nog de lokale kranten met zijn vragen over de ‘verborgen’ subsidie van bijna een miljoen euro voor theater De Flint. “Ja, het gaat mij er om dat de feiten boven tafel komen, het controleren van het college is een belangrijke taak van een gemeenteraadslid.”

Als ik hem vraag of de raad als geheel voldoende kritisch is op haar eigen functioneren én op het college volgt een schampere lach. “Welnee joh. Kijk eens naar de agendacommissie van de raad; als er insprekers zijn, is er eigenlijk altijd te weinig tijd voor ze ingeruimd. En aan het begin van het jaar krijgen we de vergaderingen niet volgepraat en aan het eind van het jaar puilt het aan alle kanten uit. Die onevenwichtige planning, daar wordt te weinig aan gedaan.

“We vergaderen sowieso veel te veel, we moeten met elkaar eens goed nadenken hoe dat beter kan.”

Zo ook die ergerlijke fractiediscipline, ik vind het echt slecht als je je eigen mening niet meer mag geven omdat je het dan de eigen wethouder moeilijk zou maken. Het dualisme was juist bedoeld om meer afstand te creëren tussen de wethouder (de bestuurder) en de fractie (de controleur), maar we zitten nog steeds in het oude systeem. Vroeger bepaalde de wethouder hoe de partij zou stemmen, dat is eigenlijk niet veranderd. Over punten die niet in het coalitie-akkoord staan moet je met de eigen wethouder van mening kunnen verschillen.“

De wethouders vervreemden

Portret Ben Stoelinga copyright Remko Schotsman portretteert politici AmersfoortKiest staand

foto: ©Remko Schotsman

Stoelinga zet zijn thee neer, een geheven vinger zet zijn woorden kracht bij; “Wat ik veel kwalijker vind is dat we zo weinig naar de burgers toe gaan. De wethouders vervreemden zich van de wijken. Vier jaar geleden schreef ik al in ons programma dat de wethouders minimaal twee dagen per maand in de wijk zouden moeten werken. Ik riep op tot een maandelijks wijkbewoners-overleg met de wethouder, ik vind nog steeds dat de inwoners van Amersfoort veel meer bij de besluitvorming moeten worden betrokken.

Er is zo enorm veel organisatiekracht in onze stad, denk aan alle culturele initiatieven die door betrokken burgers worden ontwikkeld. Maar er zijn helaas ook veel mensen die de mogelijkheden om mee te denken of iets te organiseren niet kennen. Daarom steunen wij als Amersfoort2014 buurtinitiatieven door ze op de politieke agenda te zetten. En zo willen we bijvoorbeeld ook dat de leges die moeten worden betaald, wanneer je als wijk, buurt, vereniging of bewonersgroep -zonder winstoogmerk- een cultureel, sociaal of sportief evenement wilt organiseren, worden afgeschaft. Die leges kunnen oplopen tot 20% van het subsidiebedrag. In andere steden wordt dat ook gedaan, dan word je gecompenseerd.”

“Plannen voor 90 procent in beton gegoten.”

In zijn enthousiasme en gedrevenheid slaat hij bijna het theekopje van de tafel, met zijn armen wijd uitgespreid praat hij in hoog tempo verder: “Je moet de mensen helpen met die ingewikkelde regels en, belangrijker nog, vanaf het begin bij de besluitvorming betrekken. Nu zie je dat er soms tijdens een raadsvergadering ingesproken kan worden, maar dan ben je al veel te ver in het proces, dan zijn de plannen meestal al voor 90% in beton gegoten. Of zoals laatst, iemand heeft een plan voor een kunstwerk op de Hof en dan moet de stad dat maar gaan goedvinden, ik snap goed dat je je als burger aan zo’n werkwijze ergert en je je niet gehoord voelt. We zijn bezig met ons programma voor de komende verkiezingen. Daarbij gaan we te werk zoals we de politiek voorstaan, met elkaar, voor elkaar, iedereen wordt gehoord.”

Geen Kuip aan de Eem

In de lijst met standpunten (2014-2018) van Amersfoort 2014 staat geschreven dat Amersfoort groot genoeg is en dat uitbreidingsplannen ongewenst zijn. Tegelijkertijd kampt de stad met een forse woningnood en gaat er onder andere in het havengebied flink en hoog gebouwd worden. Botst dat?

“Ja en nee. Met het bouwen in Bovenduist kan ik wel leven, maar over een jaar of 10 is onze stad wel klaar, laat dan de regio of de polder de (bouw-)handschoen maar oppakken. Leusden heeft aangegeven niet meer te willen groeien, wij hoeven hier ook niet zo gretig te zijn en mogen ook wel eens aan de regio het signaal afgeven dat het genoeg is. Daarbij zijn we tegen hoogbouw direct aan het water. Ik schreef daar ooit een column over, Geen Kuip aan de Eem. Ik snap wel dat het allemaal met geld heeft te maken, maar je moet zorgen dat het havengebied een aantrekkelijke plek blijft om te wonen, te werken en te recreëren. Dus alleen aan de achterkant hoogbouw en bij het water het karakteristieke stadsgezicht behouden.”

Het is niet ons geld

Dat het wel en wee van deze stad en haar inwoners deze geboren Amersfoorter -maar nu ook trots Hooglander- aan het hart gaan is evident. Zijn vrolijke lach met de kenmerkende ‘licht nieuwsgierige wenkbrauwen’ keert terug als we weer even terugkomen op de historische binnenstad. “Die moet overigens wel autoluw worden”, betoogt hij. “En volop inzetten op elektrisch vervoer, vooral de scooters zorgen voor de toename van fijnstof en roet in de stad.

“Geef bezorgdiensten subsidie.”

Al in 2015 heeft Amersfoort2014, samen met CU en GroenLinks de pilot ‘gebruik elektrische scooters door bezorgdiensten’ door de raad gekregen. Dit jaar is besloten om bezorgdiensten subsidie te verstrekken om elektrische scooters en fietsen aan te schaffen. Dat is en blijft een van de speerpunten voor de volgende verkiezingen. En ook al hameren we er altijd op dat we het belastinggeld zeer zorgvuldig moeten uitgeven, dit vind ik echt een goede investering.

Laten we daarentegen vooral minder uitgeven aan ons bestuur! Minder ambtenaren, minder inhuur van externen, minder geld naar projectontwikkelaars en stoppen met het renoveren van het stadhuis. Dat geld komt de inwoners van de stad toe.”


Amersfoort, 15 november 2017 – door Remko Schotsman